1王的宣告尼布甲尼撒王向住在全地的各國、各族和說各種語言的人宣告說:“願你們大享平安!
1De koning Nebukadnezar aan alle volken, natien en tongen, die op den gansen aardbodem wonen: uw vrede worde vermenigvuldigd!
2我樂意把至高的 神向我所行的神蹟奇事宣揚出來。
2Het behaagt mij te verkondigen de tekenen en wonderen, die de allerhoogste God aan mij gedaan heeft.
3他的神蹟多麼偉大,他的奇事多麼有力;他的國是永遠的國,他的統治直到萬代!(本章第1~3節在《馬索拉抄本》為3:31~33)
3Hoe groot zijn Zijn tekenen! en hoe machtig Zijn wonderen! Zijn Rijk is een eeuwig Rijk, en Zijn heerschappij is van geslacht tot geslacht.
4“我尼布甲尼撒安逸地住在家中,在宮裡享受榮華富貴。(本節在《馬索拉抄本》為4:1)
4Ik, Nebukadnezar, gerust zijnde in mijn huis, en in mijn paleis groenende,
5我作了一個夢,這夢使我懼怕;我在床上所見的夢幻和我腦海中出現的異象,都使我驚惶。
5Zag een droom, die mij vervaarde, en de gedachten, die ik op mijn bed had, en de gezichten mijns hoofds beroerden mij.
6我就下令把巴比倫所有的智慧人,都帶到我面前來,要他們把夢的意思向我說明。
6Daarom is er een bevel van mij gesteld, dat men voor mij zou inbrengen al de wijzen van Babel, opdat zij mij de uitlegging van dien droom zouden bekend maken.
7於是術士、用法術的、迦勒底人和占星家都進來;我當面把那夢告訴了他們,可是他們卻不能把夢的意思向我說明。
7Toen kwamen in de tovenaars, de sterrekijkers, de Chaldeen en de waarzeggers; en ik zeide den droom voor hen; maar zij maakten mij zijn uitlegging niet bekend;
8把夢告訴但以理“最後,那照著我神的名,稱為伯提沙撒的但以理,來到我面前,他裡面有聖神的靈,我就把夢告訴他:
8Totdat ten laatste Daniel voor mij inkwam, wiens naam Beltsazar is, naar den naam mijns gods, in wien ook de geest der heilige goden is; en ik vertelde den droom voor hem, zeggende:
9‘術士的領袖伯提沙撒啊!因為我知道你裡面有聖神的靈,沒有甚麼隱祕的事能難倒你;因此,你要把我夢中所見的異象和夢的意思告訴我。
9Beltsazar, gij overste der tovenaars! dewijl ik weet, dat de geest der heilige goden in u is, zo zeg de gezichten mijns drooms, dien ik gezien heb, te weten zijn uitlegging.
10我躺在床上時腦海中所見的異象是這樣:我看見大地中間,有一棵樹,十分高大。
10De gezichten nu mijns hoofds op mijn leger waren deze: Ik zag, en ziet, er was een boom in het midden der aarde, en zijn hoogte was groot.
11那樹漸長,而且堅強,高達於天,地極所有的人都看得到。
11De boom werd groot en sterk; en zijn hoogte reikte aan den hemel, en hij werd gezien tot aan het einde der ganse aarde;
12它的葉子美麗,果實繁多,所有的生物都從它得到食物;野地的走獸在它下面歇息,空中的飛鳥棲宿在它的枝頭上;各種生物都從它得著供養。
12Zijn loof was schoon, en zijn vruchten vele, en er was spijze aan denzelve voor allen; onder hem vond het gedierte des velds schaduw, en de vogelen des hemels woonden in haar takken, en alle vlees werd daarvan gevoed.
13“‘我躺在床上,在我腦海出現的異象中,我看見有一位守望者,就是聖者,從天上下來,
13Ik zag verder in de gezichten mijns hoofds, op mijn leger; en ziet, een wachter, namelijk een heilige, kwam af van den hemel,
14大聲呼叫,這樣說:你們要砍下這樹,削斷枝子,搖落葉子,打散果子,把樹下的走獸趕散,把樹枝上的飛鳥趕走。
14Roepende met kracht, en aldus zeggende: Houwt dien boom af, en kapt zijn takken af; stroopt zijn loof af, en verstrooit zijn vruchten, dat de dieren van onder hem wegzwerven, en de vogelen van zijn takken;
15然而,樹根的餘幹卻要留在地上,用鐵和銅的鍊子圍住,留在野地的青草中,使他被天露滴濕;使他像走獸一樣在地上的草叢中得他的分。
15Doch laat den stam met zijn wortelen in de aarde, en met een ijzeren en koperen band in het tedere gras des velds; en laat hem in de dauw des hemels nat gemaakt worden, en zijn deel zij met het gedierte in het kruid der aarde.
16使他的心改變,不再是人的心,給他一個獸心,使他經過七年的時期。
16Zijn hart worde veranderd, dat het geens mensen hart meer zij, en hem worde eens beesten hart gegeven, en laat zeven tijden over hem voorbijgaan.
17這是守望者宣告的裁決,是聖者頒布的決定,好使世人都知道:至高者在世人的國中掌權,他喜歡把國賜給誰,就賜給誰,甚至立最卑微的人執掌國權。
17Deze zaak is in het besluit der wachters, en deze begeerte is in het woord der heiligen; opdat de levenden bekennen, dat de Allerhoogste heerschappij heeft over de koninkrijken der mensen, en geeft ze aan wien Hij wil, ja, zet daarover den laagste onder de mensen.
18“‘這就是我尼布甲尼撒王所作的夢。伯提沙撒啊!你要把這夢的意思告訴我,因為我國中所有的智慧人都不能把夢的意思向我說明;只有你能,因為你裡面有聖神的靈。’”
18Dezen droom heb ik, koning Nebukadnezar gezien; gij nu, Beltsazar! zeg de uitlegging van dien, dewijl als de wijzen mijns koninkrijks mij de uitlegging niet hebben kunnen bekend maken; maar gij kunt wel, dewijl de geest der heilige goden in u is.
19但以理為王解夢於是那稱為伯提沙撒的但以理驚愕片時,他想到的事使他驚惶。王對他說:“伯提沙撒啊!別讓這夢和夢的意思使你驚惶。”伯提沙撒回答說:“我主啊!願這夢歸給憎恨你的人,夢的意思歸給你的敵人。
19Toen ontzette zich Daniel, wiens naam Beltsazar is, bij een uur lang, en zijn gedachten beroerden hem. De koning antwoordde en zeide: Beltsazar! laat u de droom en zijn uitlegging niet beroeren. Beltsazar antwoordde en zeide: Mijn heer! de droom wedervare uw hateren, en zijn uitlegging uw wederpartijders!
20你所見的樹漸長,而且堅強,高達於天,全地的人都看得到。
20De boom, dien gij gezien hebt, die groot en sterk geworden was, en wiens hoogte tot aan den hemel reikte, en die over het ganse aardrijk gezien werd;
21它的葉子美麗,果實繁多,所有的生物都從它得到食物;野地的走獸住在它下面,空中的飛鳥棲在它的枝頭上。
21En wiens loof schoon, en wiens vruchten vele waren, en waar spijze aan was voor allen, onder wien het gedierte des velds woonde, en in wiens takken de vogelen des hemels nestelden;
22王啊!你就是那樹,越來越偉大堅強;你的威勢漸長,高達於天;你的權柄直到地極。
22Dat zijt gij, o koning! die groot en sterk zijt geworden; want uw grootheid is zo gewassen, dat zij reikt aan den hemel, en uw heerschappij aan het einde des aardrijks.
23王既然看見一位守望者,就是聖者,從天上下來,說:‘你們要砍下毀壞這樹,樹根的餘幹卻要留在地上,用鐵和銅的鍊子圍住,留在野地的青草中,使他被天露滴濕;使他的分和野地的走獸一樣,直到他經過那七年的時期。’
23Dat nu de koning, een wachter, namelijk een heilige gezien heeft, van den hemel afkomende, die zeide: Houwt dezen boom af, en verderft hem; doch laat den stam met zijn wortelen in de aarde, en met een ijzeren en koperen band in het tedere gras des velds, en in de dauw des hemels nat gemaakt worden, en dat zijn deel zij met het gedierte des velds, totdat er zeven tijden over hem voorbijgaan;
24王啊!夢的意思就是這樣:這臨到我主我王的事,是至高者的裁決。
24Dit is de beduiding, o koning! en dit is een besluit des Allerhoogsten, hetwelk over mijn heer, den koning komen zal:
25你必被趕逐,離開人群,和野地的走獸同住;你必像牛一樣吃草,被天露滴濕,要經過七年的時期;等到你承認至高者在世人的國中掌權,他喜歡把國賜給誰,就賜給誰。
25Te weten, men zal u van de mensen verstoten, en met het gedierte des velds zal uw woning zijn, en men zal u het kruid, als den ossen, te smaken geven; en gij zult van den dauw des hemels nat gemaakt worden, en er zullen zeven tijden over u voorbijgaan, totdat gij bekent, dat de Allerhoogste heerschappij heeft over de koninkrijken der mensen, en geeft ze, wien Hij wil.
26守望者既然吩咐要留下樹根的餘幹,所以,等到你承認上天的至高者是掌權的,你的國就必再歸給你。
26Dat er ook gezegd is, dat men den stam met de wortelen van dien boom laten zou; uw koninkrijk zal u bestendig zijn, nadat gij zult bekend hebben, dat de Hemel heerst.
27因此,王啊!請你接納我的勸告,施行公義,斷絕罪過,憐憫受欺壓者,斷絕罪孽,你的平安或者可以延長。”
27Daarom, o koning! laat mijn raad u behagen, en breek uw zonden af door gerechtigheid, en uw ongerechtigheid door genade te bewijzen aan de ellendigen, of er verlenging van uw vrede mocht wezen.
28夢境應驗這一切事都在尼布甲尼撒王身上實現了。
28Dit alles overkwam den koning Nebukadnezar.
29過了十二個月,王在巴比倫王宮的平頂上散步的時候,
29Want op het einde van twaalf maanden, toen hij op het koninklijk paleis van Babel wandelde,
30他說:“這大巴比倫城不是我用大能大力建造作我的京都,為顯我威嚴的榮耀嗎?”
30Sprak de koning, en zeide: Is dit niet het grote Babel, dat ik gebouwd heb tot een huis des koninkrijks, door de sterkte mijner macht, en ter ere mijner heerlijkheid!
31這話在王的口中還沒有說完,就有聲音從天上傳下來,說:“尼布甲尼撒王啊!你的王權被褫奪了。
31Dit woord nog zijnde in des konings mond, viel er een stem uit den hemel: U, o koning Nebukadnezar! wordt gezegd: Het koninkrijk is van u gegaan.
32你必被趕逐,離開人群,和野地的走獸同住;你必像牛一樣吃草,要經過七年的時期;等到你承認至高者在世人的國中掌權,他喜歡把國賜給誰,就賜給誰。”
32En men zal u van de mensen verstoten, en uw woning zal bij de beesten des velds zijn; men zal u gras te smaken geven, als den ossen, en er zullen zeven tijden over u voorbijgaan, totdat gij bekent, dat de Allerhoogste over de koninkrijken der mensen heerschappij heeft, en dat Hij ze geeft, aan wien Hij wil.
33這話立刻就應驗在尼布甲尼撒身上;他被趕逐,離開人群,像牛一樣吃草,身體被天露滴濕,直到他的頭髮長得像鷹毛,指甲像鳥爪。
33Ter zelfder ure werd dat woord volbracht over Nebukadnezar, want hij werd uit de mensen verstoten, en hij at gras als de ossen, en zijn lichaam werd van den dauw des hemels nat gemaakt, totdat zijn haar wies als der arenden vederen, en zijn nagelen als der vogelen.
34“七年的日子滿了,我尼布甲尼撒舉目望天,我的理智恢復過來,我就稱頌至高者,讚美尊崇活到永遠的 神。他的統治永無窮盡,他的國度直到萬代。
34Ten einde dezer dagen nu, hief ik, Nebukadnezar, mijn ogen op ten hemel, want mijn verstand kwam weer in mij; en ik loofde den Allerhoogste, en ik prees en verheerlijkte den Eeuwiglevende, omdat Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, en Zijn Koninkrijk is van geslacht tot geslacht;
35地上所有的居民,在他來說都是虛無;在天上的萬軍中,他憑自己的意旨行事;在地上的居民中,也是這樣;沒有人能攔住他的手,或問他說:‘你作甚麼?’
35En al de inwoners der aarde zijn als niets geacht, en Hij doet naar Zijn wil met het heir des hemels en de inwoners der aarde, en er is niemand, die Zijn hand afslaan, of tot Hem zeggen kan: Wat doet Gij?
36“那時,我的理智恢復過來後,為著我國的光榮,我的威嚴和光輝也都恢復過來了。我的謀臣和官員仍來求見我,我的王權重新堅立,我的權勢越發增加。
36Ter zelfder tijd kwam mijn verstand weder in mij; ook kwam de heerlijkheid mijns koninkrijks, mijn majesteit en mijn glans weder op mij; en mijn raadsheren en mijn geweldigen zochten mij, en ik werd in mijn koninkrijk bevestigd; en mij werd groter heerlijkheid toegevoegd.
37現在我尼布甲尼撒讚美、尊崇、榮耀天上的王,因為他所作的一切都正確,他所行的也都公平;行為驕傲的,他都能貶低。”
37Nu prijs ik, Nebukadnezar, en verhoog, en verheerlijk den Koning des hemels, omdat al Zijn werken waarheid, en Zijn paden gerichten zijn; en Hij is machtig te vernederen degenen, die in hoogmoed wandelen.