1將來的指望“那些殘殺和趕散我牧場上的羊群的牧人,有禍了!”這是耶和華的宣告。
1Wee den herderen, die de schapen Mijner weide ombrengen en verstrooien! spreekt de HEERE.
2因此,耶和華以色列的 神論到牧養他(“他”原文作“我”)子民的牧人這樣說:“你們使我的羊群四散,把牠們趕走,並沒有看顧牠們;看哪!我必因你們的惡行懲罰你們。”這是耶和華的宣告。
2Daarom zegt de HEERE, de God Israels, alzo van de herderen, die Mijn volk weiden: Gijlieden hebt Mijn schapen verstrooid, en hebt ze verdreven, en hebt ze niet bezocht; ziet, Ik zal over u bezoeken de boosheid uwer handelingen, spreekt de HEERE.
3“我要親自把我羊群中餘剩的,從我把牠們趕逐到的各地,招聚出來,領牠們歸回自己的羊圈,使牠們繁殖增多。
3En Ik zal het overblijfsel Mijner schapen Zelf vergaderen uit al de landen, waarhenen Ik ze verdreven heb; en Ik zal ze wederbrengen tot hun kooien, en zij zullen vruchtbaar zijn, en vermenigvuldigen.
4我要興起牧人,牧養牠們;牠們必不再恐懼驚慌,一個也不會失掉。”這是耶和華的宣告。
4En Ik zal herderen over hen verwekken, die ze weiden zullen; en zij zullen niet meer vrezen, noch verschrikt worden, noch gemist worden, spreekt de HEERE.
5“看哪!日子快到(這是耶和華的宣告),我必給大衛興起一個公義的苗裔;他必執政為王,行事有智慧,在地上施行公正和公義。
5Ziet, de dagen komen, spreekt de HEERE, dat Ik aan David een rechtvaardige Spruit zal verwekken; Die zal Koning zijnde regeren, en voorspoedig zijn, en recht en gerechtigheid doen op de aarde.
6在他執政的日子,猶大必得救,以色列也必安然居住。人要稱他的名字為‘耶和華我們的義’。”
6In Zijn dagen zal Juda verlost worden, en Israel zeker wonen; en dit zal Zijn naam zijn, waarmede men Hem zal noemen: De HEERE: ONZE GERECHTIGHEID.
7“因此,看哪!日子快到(這是耶和華的宣告),人不再指著那領以色列人從埃及地上來的永活的耶和華起誓,
7Daarom, ziet, de dagen komen, spreekt de HEERE, dat zij niet meer zullen zeggen: Zo waarachtig als de HEERE leeft, Die de kinderen Israels uit Egypteland heeft opgevoerd.
8卻要指著那領以色列家的後裔從北方之地、從他(“他”原文作“我”)把他們趕逐到的各地上來的、永活的耶和華起誓。他們就必住在自己的地方。”
8Maar: Zo waarachtig als de HEERE leeft, Die het zaad van het huis Israels heeft opgevoerd, en Die het aangebracht heeft uit het land van het noorden, en uit al de landen, waarheen Ik ze gedreven had! want zij zullen wonen in hun land.
9假先知的罪惡及報應論到那些先知,我的心在我裡面破碎,我全身的骨頭都發抖。因為耶和華的緣故,又因為他的聖言的緣故,我就像一個醉酒的人,像一個被酒灌醉的人。
9Aangaande de profeten. Mijn hart wordt in mijn binnenste gebroken, al mijn beenderen bewegen zich; ik ben als een dronken man, en als een man, dien de wijn te boven gaat; vanwege den HEERE, en vanwege de woorden Zijner heiligheid.
10因為這地滿了行淫的人;因受咒詛,地就悲哀,曠野的草場都枯乾了;他們走的路是邪惡的,他們的權力誤用了。
10Want het land is vol overspelers, want het land treurt vanwege den vloek, de weiden der woestijn verdorren, omdat hun loop boos is, en hun macht niet recht.
11“先知和祭司都不敬虔,甚至在我殿裡我也看見他們的邪惡。”這是耶和華的宣告。
11Want beiden, profeten en priesters, zijn huichelaars; zelfs in Mijn huis vind Ik hun boosheid, spreekt de HEERE.
12“因此,他們的路必像滑地;他們必被趕逐到黑暗中,必在那裡仆倒。因為到了懲罰他們的年日,我必使災禍臨到他們。”這是耶和華的宣告。
12Daarom zal hun weg hun zijn als zeer gladde plaatsen in de donkerheid; zij zullen aangedreven worden en daarin vallen; want Ik zal een kwaad over hen brengen in het jaar hunner bezoeking, spreekt de HEERE.
13“在撒瑪利亞的先知中,我看見可厭的事:他們竟奉巴力的名說預言,使我的子民以色列走錯了路。
13Ik heb wel ongerijmdheid gezien in de profeten van Samaria, die door Baal, profeteerden, en Mijn volk Israel verleidden.
14在耶路撒冷的先知中,我看見可怕的事。他們犯姦淫,行事虛假,堅固惡人的手,以致沒有人離棄惡行;在我看來,他們都像所多瑪人,耶路撒冷的居民也像蛾摩拉人一樣。”
14Maar in de profeten van Jeruzalem zie Ik afschuwelijkheid; zij bedrijven overspel, en gaan om met valsheid, en sterken de handen der boosdoeners, opdat zij zich niet bekeren, een iegelijk van zijn boosheid; zij allen zijn Mij als Sodom, en haar inwoners als Gomorra.
15因此,論到這些先知,萬軍之耶和華這樣說:“看哪!我必使他們吃苦堇,喝毒水,因為有不敬虔的風氣,從耶路撒冷的先知中散播出來,遍及全地。”
15Daarom zegt de HEERE der heirscharen van deze profeten alzo: Ziet, Ik zal hen met alsem spijzigen, en met gallewater drenken; want van Jeruzalems profeten is de huichelarij uitgegaan in het ganse land.
16萬軍之耶和華這樣說:“不要聽從這些向你們說預言的先知所說的話,他們使你們存有虛幻的希望;他們所講的異象是出於自己的心思,不是出於耶和華的口。
16Zo zegt de HEERE der heirscharen: Hoort niet naar de woorden der profeten, die u profeteren; zij maken u ijdel; zij spreken het gezicht huns harten, niet uit des HEEREN mond.
17他們不斷對那些藐視我的人說:‘耶和華說:你們必平安無事!’又對所有隨從自己頑梗的心行事的人說:‘災禍必不臨到你們!’”
17Zij zeggen steeds tot degenen, die Mij lasteren: De HEERE heeft het gesproken, gijlieden zult vrede hebben; en tot al wie naar zijns harten goeddunken wandelt, zeggen zij: Ulieden zal geen kwaad overkomen.
18可是他們中間有誰曾參與耶和華的議會,看見或聽見他的話呢?有誰曾留心聽他的話而實在聽見呢?
18Want wie heeft in des HEEREN raad gestaan, en Zijn woord gezien of gehoord? Wie heeft Zijn woord aangemerkt en gehoord?
19看哪!耶和華的旋風,在震怒中發出,是旋轉的狂風,必捲到惡人的頭上。
19Ziet, een onweder des HEEREN, een grimmigheid is uitgegaan, ja, een pijnlijk onweder, het zal blijven op der goddelozen hoofd.
20耶和華的怒氣必不轉消,直到他作成和實現他心中的計劃。在末後的日子,你們就會完全明白這事。
20Des HEEREN toorn zal zich niet afwenden, totdat Hij zal hebben gedaan, en totdat Hij zal hebben daargesteld de gedachten Zijns harten; in het laatste der dagen zult gij met verstand daarop letten.
21“我沒有差派這些先知,但他們自己到處跑;我沒有對他們說話,他們竟擅自說預言。
21Ik heb die profeten niet gezonden, nochtans hebben zij gelopen; Ik heb tot hen niet gesproken, nochtans hebben zij geprofeteerd.
22如果他們曾參與我的議會,就必向我的子民宣告我的信息,使他們轉離他們的惡道,離開他們的惡行。
22Maar zo zij in Mijn raad hadden gestaan, zo zouden zij Mijn volk Mijn woorden hebben doen horen, en zouden hen afgekeerd hebben van hun bozen weg, en van de boosheid hunner handelingen.
23難道我只是近處的 神嗎?不也是遠處的 神嗎?”這是耶和華的宣告。
23Ben Ik een God van nabij, spreekt de HEERE, en niet een God van verre?
24“人怎能躲藏在隱密處,以致我看不見他呢?(這是耶和華的宣告)。我豈不是充滿天地嗎?”這是耶和華的宣告。
24Zou zich iemand in verborgene plaatsen kunnen verbergen, dat Ik hem niet zou zien? spreekt de HEERE; vervul Ik niet den hemel en de aarde? spreekt de HEERE.
25“那些先知所說的話我都聽見了,他們冒我的名說虛假的預言:‘我作了夢!我作了夢!’
25Ik heb gehoord, wat de profeten zeggen, die in Mijn Naam leugen profeteren, zeggende: Ik heb gedroomd, ik heb gedroomd.
26那些先知心裡存著這樣的意念要到幾時呢?他們說虛假的預言,說出自己心中的詭詐;
26Hoe lang? Is er dan een droom in het hart der profeten, die de leugen profeteren? Ja, het zijn profeten van huns harten bedriegerij.
27他們以為藉著互相傳述自己的夢,就可以使我的子民忘記我的名,好像他們的列祖因巴力忘記了我的名一樣。
27Die daar denken om Mijn volk Mijn Naam te doen vergeten, door hun dromen, die zij, een ieder zijn naaste, vertellen; gelijk als hun vaders Mijn Naam vergeten hebben door Baal.
28作了夢的先知,讓他把夢述說出來;但得了我話語的先知,該忠實地傳講我的話。禾稈怎能和麥子相比呢?”這是耶和華的宣告。
28De profeet, bij welken een droom is, die vertelle den droom; en bij welken Mijn woord is, die spreke Mijn woord waarachtiglijk; wat heeft het stro met het koren te doen? spreekt de HEERE.
29“我的話不是像火,不是像能打碎巖石的大鎚嗎?”這是耶和華的宣告。
29Is Mijn woord niet alzo, als een vuur? spreekt de HEERE, en als een hamer, die een steenrots te morzel slaat?
30“所以,看哪!那些先知互相偷取對方的話,當作我的話,我要對付他們。”這是耶和華的宣告。
30Daarom, ziet, Ik wil aan de profeten, spreekt de HEERE, die Mijn woorden stelen, een ieder van zijn naaste;
31“看哪!那些先知用自己的舌頭說:‘這是耶和華的宣告’,我要對付他們。”這是耶和華的宣告。
31Ziet, Ik wil aan de profeten, spreekt de HEERE, die hun tong nemen, en spreken: Hij heeft het gesproken;
32“看哪!那些藉虛假的夢說預言的,我要對付他們。”這是耶和華的宣告。“他們述說這些夢,以虛謊和誇張的話使我的子民走錯了路。我沒有差派他們,也沒有吩咐他們;他們對這人民毫無益處。”這是耶和華的宣告。
32Ziet, Ik wil aan degenen, die valse dromen profeteren, spreekt de HEERE, en vertellen die, en verleiden Mijn volk met hun leugenen en met hun lichtvaardigheid; daar Ik hen niet gezonden, en hun niets bevolen heb, en zij dit volk gans geen nut doen, spreekt de HEERE.
33耶和華的默示“如果這人民、或先知、或祭司問你說:‘耶和華有甚麼默示呢?’你要回答他們:‘你們就是重擔(“你們就是重擔”按照《馬索拉抄本》應作:“甚麼默示?”現參照《七十士譯本》翻譯。“重擔”和“默示”原文是同一個字),我要丟棄你們。’”這是耶和華的宣告。
33Wanneer dan dit volk, of een profeet, of priester u vragen zal, zeggende: Wat is des HEEREN last? Zo zult gij tot hen zeggen: Wat last? Dat Ik ulieden verlaten zal, spreekt de HEERE.
34“無論是先知、是祭司,或是人民,凡說‘這是耶和華的默示’的,我都要懲罰那人和他的家。”
34En aangaande den profeet, of den priester, of het volk, dat zeggen zal: Des HEEREN last; dat Ik bezoeking zal doen over dien man en over zijn huis.
35你們各人對自己的鄰舍,對自己的兄弟要這樣說:“耶和華回答了甚麼?耶和華說了甚麼?”
35Aldus zult gijlieden zeggen, een iegelijk tot zijn naaste, en een iegelijk tot zijn broeder: Wat heeft de HEERE geantwoord, en wat heeft de HEERE gesproken?
36你們不可再提耶和華的默示,你們各人所說的話將成為自己的重擔;因為你們曲解永活的 神萬軍之耶和華我們 神的話了。
36Maar des HEEREN last zult gij niet meer gedenken; want een iegelijk zal zijn eigen woord een last zijn, dewijl gij verkeert de woorden van den levenden God, den HEERE der heirscharen, onzen God.
37你們要對 神的先知(“你們要對 神的先知”或譯:“耶利米啊,你要對那些先知”)說:“耶和華回答了你甚麼?耶和華說了甚麼呢?”
37Aldus zult gij zeggen tot den profeet: Wat heeft u de HEERE geantwoord en wat heeft de HEERE gesproken?
38如果你們仍說:“這是耶和華的默示”,耶和華就必這樣說:“你們既然說‘這是耶和華的默示’這句話,而我又曾差派人去告訴你們不可再說‘這是耶和華的默示’;
38Maar dewijl gij zegt: Des HEEREN last; daarom, zo zegt de HEERE: Omdat gij dit woord zegt: Des HEEREN last, daar Ik tot u gezonden heb, zeggende: Gij zult niet zeggen: Des HEEREN last;
39因此,看哪!我必把你們當作重擔舉起來(“我必把你們當作重擔舉起來”或譯:“我必定忘記你們”),把你們連同我賜給你們和你們列祖的城都從我面前丟棄。
39Daarom, ziet, Ik zal u ook ganselijk vergeten, en u, mitsgaders de stad, die Ik u en uw vaderen gegeven heb, van Mijn aangezicht laten varen.
40我必使你們蒙受永遠的凌辱、永遠的羞恥,是不能忘記的。”
40En Ik zal u eeuwige smaadheid aandoen, en eeuwige schande, die niet zal worden vergeten.