1祭司違命背約祭司啊!現在這命令是給你們的。
1En nu, gij priesters! tot u wordt dit gebod gezonden;
2萬軍之耶和華說:“你們若不聽從,若不放在心上,不把榮耀歸給我的名,我就使咒詛臨到你們中間,我要咒詛你們應得的福分,並且已經咒詛了,因為你們沒有把這命令放在心上。
2Indien gij het niet zult horen, en indien gij het niet zult ter harte nemen, om Mijn Naam eer te geven, zegt de HEERE der heirscharen, zo zal Ik den vloek onder u zenden, en Ik zal uw zegeningen vervloeken; ja, Ik heb ook alrede elkeen derzelve vervloekt, omdat gij het niet ter harte neemt.
3我要斥責你們的子孫,也要把糞塗抹在你們的臉上,就是節期祭牲的糞;人要把你們抬到糞堆去。”
3Ziet, Ik zal u het zaad verderven; en Ik zal drek op uw aangezichten strooien, den drek uwer feesten, zodat men u met denzelven wegnemen zal.
4萬軍之耶和華說:“這樣,你們就知道是我把這命令給你們,使我與利未所立的約得以存留。
4Dan zult gij weten, dat Ik dit gebod tot u gezonden heb; opdat Mijn verbond met Levi zij, zegt de HEERE der heirscharen.
5我與他所立的是生命和平安的約,也把這些賜給了他。我要使他敬畏我,又畏懼我的名。
5Mijn verbond met hem was het leven, en de vrede; en Ik gaf hem die tot een vreze; en hij vreesde Mij, en hij werd om Mijns Naams wil verschrikt.
6在他的口中有真理的教訓,在他的嘴裡也沒有不義;他以平安和正直與我同行,使許多人回頭離開罪孽。”
6De wet der waarheid was in zijn mond, en er werd geen onrecht in zijn lippen gevonden; hij wandelde met Mij in vrede en in rechtmatigheid, en hij bekeerde er velen van ongerechtigheid.
7祭司的嘴當保存知識,人要從他的口中尋求教訓,因為他是萬軍耶和華的使者。
7Want de lippen der priesters zullen de wetenschap bewaren, en men zal uit zijn mond de wet zoeken; want hij is een engel des HEEREN der heirscharen.
8萬軍之耶和華說:“你們卻偏離了正路,使許多人在律法上跌倒;你們也破壞了我與利未所立的約。
8Maar gij zijt van den weg afgeweken, gij hebt er velen doen struikelen in de wet, gij hebt het verbond met Levi verdorven, zegt de HEERE der heirscharen.
9因此,我也使你們在眾人面前被藐視、受輕看,因為你們不遵守我的道,在律法上徇人的情面。”
9Daarom heb Ik ook u verachtelijk en onwaard gemaakt voor het ganse volk, dewijl gij Mijn wegen niet houdt, maar het aangezicht aanneemt in de wet.
10猶大人不忠不貞我們不是同有一位父嗎?不是同一位 神創造我們嗎?為甚麼我們各人對自己的兄弟不忠,褻瀆我們列祖的約呢?
10Hebben wij niet allen een Vader? Heeft niet een God ons geschapen? Waarom handelen wij dan trouwelooslijk de een tegen den ander, ontheiligende het verbond onzer vaderen?
11猶大人行了詭詐,在以色列和耶路撒冷中作了可憎的事;因為猶大人褻瀆耶和華所愛的聖所,娶了事奉外族神的女子為妻。
11Juda handelt trouwelooslijk, en er wordt een gruwel gedaan in Israel, en in Jeruzalem; want Juda ontheiligt de heiligheid des HEEREN, welke Hij liefheeft; want hij heeft de dochters eens vreemden gods getrouwd.
12行這事的,無論是主動的,或是附從的,連那獻禮物給萬軍耶和華的,耶和華必把那人從雅各的帳棚中除掉。
12De HEERE zal den man, die zulks doet, uitroeien uit de hutten van Jakob, dien, die waakt, en dien, die antwoordt, en die den HEERE der heirscharen spijsoffer brengt.
13你們又行了這事:使眼淚、哀哭和呻吟蓋滿了耶和華的壇,因為耶和華不再垂看禮物,也不喜悅從你們手中收納。
13Dit tweede doet gijlieden ook, dat gij het altaar des HEEREN bedekt met tranen, met wening en met zuchting; zodat Hij niet meer het spijsoffer aanschouwen, noch met welgevallen van uw hand ontvangen wil.
14你們還問:“為甚麼呢?”因為耶和華在你和你年輕時所娶的妻子中間作證;她是你的伴侶,是你立約的妻子,你竟對她不忠!
14Gij nu zegt: Waarom? Daarom dat de HEERE een Getuige geweest is, tussen u en tussen de huisvrouw uwer jeugd, met dewelke gij trouwelooslijk handelt; daar zij toch uw gezellin, en de huisvrouw uws verbonds is.
15一個還有靈性的人,是不會這樣作的。他會作甚麼呢?他會尋求 神的子孫。所以要謹守你們的靈性,不可對年輕時所娶的妻子不忠。
15Heeft Hij niet maar een gemaakt, hoewel Hij des geestes overig had? En waarom maar dien enen? Hij zocht een zaad Gods. Daarom, wacht u met uw geest, en dat niemand trouwelooslijk handele tegen de huisvrouw zijner jeugd.
16耶和華以色列的 神說:“我恨惡休妻和以強暴待妻子。”萬軍之耶和華說:“所以要謹守你們的靈性,不可行詭詐的事。”
16Want de HEERE, de God Israels, zegt, dat Hij het verlaten haat, alhoewel hij den wrevel bedekt met Zijn kleed, zegt de HEERE der heirscharen; daarom wacht u met uw geest, dat gij niet trouwelooslijk handelt.
17你們用自己的言語使耶和華厭煩,你們還說:“我們怎樣使他厭煩呢?”因為你們說:“作惡的,耶和華都看為善,並且喜悅他們。”或說:“公義的 神在哪裡呢?”
17Gij vermoeit den HEERE met uw woorden; nog zegt gij: Waarmede vermoeien wij Hem? Daarmede, dat gij zegt: Al wie kwaad doet, is goed in de ogen des HEEREN, en Hij heeft lust aan zodanigen; of, waar is de God des oordeels?