1En gij, Bethlehem Efratha! zijt gij klein om te wezen onder de duizenden van Juda? Uit u zal Mij voortkomen, Die een Heerser zal zijn in Israel, en Wiens uitgangen zijn van ouds, van de dagen der eeuwigheid.
1
ای مردم اورشلیم، لشکریان خود را جمع کنید و آماده شوید، زیرا شهرتان محاصره شده است! دشمنان به رهبر اسرائیل حمله میکنند.
2Daarom zal Hij henlieden overgeven, tot den tijd toe, dat zij, die baren zal, gebaard hebbe; dan zullen de overigen Zijner broederen zich bekeren met de kinderen Israels.
2
ای بیتلحم افراته، گرچه تو از کوچکترین شهرهای یهودا هستی، ولی از تو پیشوایی ظهور میکند که نسل او از قدیم وجود داشته است. او بر قوم اسرائیل حکمرانی خواهد کرد.
3En Hij zal staan, en zal weiden in de kracht des HEEREN, in de hoogheid van den Naam des HEEREN, Zijns Gods, en zij zullen wonen, want nu zal Hij groot zijn tot aan de einden der aarde.
3
خداوند قوم خود را تا زمانی که زن حامله پسری به دنیا بیاورد، به دست دشمن تسلیم میکند. آنگاه بقیّهٔ مردمی که در تبعید به سر میبرند به وطن خود بازمیگردند و با سایر قوم اسرائیل در یکجا جمع میشوند.
4En Deze zal Vrede zijn; wanneer Assur in ons land zal komen, en wanneer hij in onze paleizen zal treden, zo zullen wij tegen hem stellen zeven herders, en acht vorsten uit de mensen.
4
وقتی آن پیشوا بیاید، با قدرت و جلال خداوند خدای خود، مردم خود را رهبری میکند. قوم او در آرامش و امنیّت به سر میبرند، زیرا مردم سراسر روی زمین از بزرگی و عظمت او آگاه میشوند.
5Die zullen het land van Assur afweiden met het zwaard, en het land van Nimrod in deszelfs ingangen. Alzo zal Hij ons redden van Assur, wanneer dezelve in ons land zal komen, en wanneer hij in onze landpale zal treden.
5
او صلح را به جهان میآورد.
وقتی مردم آشور به سرزمین ما حمله کنند و استحکامات دفاعی ما را درهم شکنند، ما رهبران شجاع و نیرومند خود را به مقابلهٔ آنها میفرستیم.
6En Jakobs overblijfsel zal zijn in het midden van vele volken, als een dauw van den HEERE, als droppelen op het kruid, dat naar geen man wacht, noch mensenkinderen verbeidt.
6
آنها با زور شمشیر بر آشور، سرزمین نمرود حکمرانی میکنند. اگر آشوریان به سرزمین ما حمله کنند، او ما را از دست آنها نجات میدهد.
7Ja, het overblijfsel van Jakob zal zijn onder de heidenen, in het midden van vele volken, als een leeuw onder de beesten des wouds, als een jonge leeuw onder de schaapskudden; dewelke, wanneer hij doorgaat, zo vertreedt en verscheurt hij, dat niemand redde.
7
آنگاه بازماندگان قوم اسرائیل که در بین اقوام دیگر زندگی میکنند، برای آنها مانند شبنم و باران از جانب خداوند برکت میآورند. آنها به خداوند توکّل میکنند، نه به انسان.
8Uw hand zal verhoogd zijn boven uw wederpartijders, en al uw vijanden zullen uitgeroeid worden.
8
بازماندگان اسرائیل در بین اقوام دیگر مانند شیر در میان حیوانات جنگل و رمههای گوسفند خواهند بود که هنگام عبور همه را پایمال میکند و میدَرَد و کسی نمیتواند آنها را نجات بدهد.
9En het zal te dien dage geschieden, spreekt de HEERE, dat Ik uw paarden uit het midden van u zal uitroeien, en Ik zal uw wagenen verdoen.
9
بنیاسرائیل بر دشمنانشان غالب میشوند و همهٔ آنها را از بین میبرند.
10En Ik zal de steden uws lands uitroeien, en Ik zal al uw vestingen afbreken.
10
خداوند میفرماید: «در آن روز تمام اسبها و ارّابههای شما را نابود میسازم.
11En Ik zal de toverijen uit uw hand uitroeien, en gij zult geen guichelaars hebben.
11
همهٔ شهرهای شما را با قلعههایش خراب میکنم.
12En Ik zal uw gesneden beelden en uw opgerichte beelden uit het midden van u uitroeien, dat gij u niet meer zult nederbuigen voor het werk uwer handen.
12
جادوگری را در میان شما از بین میبرم و به زندگی فالگیران خاتمه میدهم.
13Voorts zal Ik uw bossen uit het midden van u uitroeien, en Ik zal uw steden verdelgen.
13
بُتها و مجسمههای سنگی شما را میشکنم و دیگر چیزهای ساختهٔ دست خود را سجده و پرستش نخواهید کرد.
14En Ik zal in toorn en in grimmigheid wrake doen aan de heidenen, die niet horen.
14
مجسمههای الههٔ اشره را از جا خواهم کند و شهرهایتان را ویران میکنم
و با خشم و غضب خود از آن اقوامی که از من اطاعت نمیکنند انتقام میگیرم.»
15
15
و با خشم و غضب خود از آن اقوامی که از من اطاعت نمیکنند انتقام میگیرم.»