1(73:1) Учение Асафа. Для чего, Боже, отринул нас навсегда? возгорелся гнев Твой на овец пажити Твоей?
1Een onderwijzing, voor Asaf. O God! waarom verstoot Gij in eeuwigheid? Waarom zou Uw toorn roken tegen de schapen Uwer weide?
2(73:2) Вспомни сонм Твой, который Ты стяжал издревле, искупил в жезл достояния Твоего, – эту гору Сион, на которой Ты веселился.
2Gedenk aan Uw vergadering, die Gij van ouds verworven hebt; de roede Uwer erfenis, die Gij verlost hebt; den berg Sion, waarop Gij gewoond hebt.
3(73:3) Подвигни стопы Твои к вековым развалинам: все разрушил враг во святилище.
3Hef Uw voeten op tot de eeuwige verwoestingen; de vijand heeft alles in het heiligdom verdorven.
4(73:4) Рыкают враги Твои среди собраний Твоих; поставили знаки свои вместо знамений наших ;
4Uw wederpartijders hebben in het midden van Uw vergaderplaatsen gebruld; zij hebben hun tekenen tot tekenen gesteld.
5(73:5) показывали себя подобными поднимающему вверх секиру на сплетшиеся ветви дерева;
5Een ieder werd er bekend als een, die de bijlen omhoog aanbrengt in de dichtigheid van een geboomte.
6(73:6) и ныне все резьбы в нем в один раз разрушили секирами и бердышами;
6Alzo hebben zij nu derzelver graveerselen samen met houwelen en beukhamers in stukken geslagen.
7(73:7) предали огню святилище Твое; совсем осквернили жилище имени Твоего;
7Zij hebben Uw heiligdommen in het vuur gezet; ter aarde toe hebben zij de woning Uws Naams ontheiligd.
8(73:8) сказали в сердце своем: „разорим их совсем", – и сожгли все места собраний Божиих на земле.
8Zij hebben in hun hart gezegd: Laat ze ons te zamen uitplunderen; zij hebben alle Gods vergaderplaatsen in het land verbrand.
9(73:9) Знамений наших мы не видим, нет уже пророка, и нет с нами, кто знал бы, доколе это будет .
9Wij zien onze tekenen niet; er is geen profeet meer, noch iemand bij ons, die weet, hoe lang.
10(73:10) Доколе, Боже, будет поносить враг? вечно ли будет хулить противник имя Твое?
10Hoe lang, o God! zal de wederpartijder smaden? Zal de vijand Uw Naam in eeuwigheid lasteren?
11(73:11) Для чего отклоняешь руку Твою и десницу Твою? Из среды недра Твоего порази их .
11Waarom trekt Gij Uw hand, ja, Uw rechterhand af? Trek haar uit het midden van Uw boezem; maak een einde.
12(73:12) Боже, Царь мой от века, устрояющий спасение посреди земли!
12Evenwel is God mijn Koning van ouds af, Die verlossingen werkt in het midden der aarde.
13(73:13) Ты расторг силою Твоею море, Ты сокрушил головы змиев в воде;
13Gij hebt door Uw sterkte de zee gespleten; Gij hebt de koppen der draken in de wateren verbroken.
14(73:14) Ты сокрушил голову левиафана, отдал его в пищу людям пустыни.
14Gij hebt de koppen des Leviathans verpletterd; Gij hebt hem tot spijs gegeven aan het volk in dorre plaatsen.
15(73:15) Ты иссек источник и поток, Ты иссушил сильные реки.
15Gij hebt een fontein en beek gekliefd; Gij hebt sterke rivieren uitgedroogd.
16(73:16) Твой день и Твоя ночь: Ты уготовал светила и солнце;
16De dag is Uwe, ook is de nacht Uwe; Gij hebt het licht en de zon bereid.
17(73:17) Ты установил все пределы земли, лето и зиму Ты учредил.
17Gij hebt al de palen der aarde gesteld; zomer en winter, die hebt Gij geformeerd.
18(73:18) Вспомни же: враг поносит Господа, и людибезумные хулят имя Твое.
18Gedenk hieraan; de vijand heeft den HEERE gesmaad, en een dwaas volk heeft Uw Naam gelasterd.
19(73:19) Не предай зверям душу горлицы Твоей; собрания убогих Твоих незабудь навсегда.
19Geef aan het wild gedierte de ziel Uwer tortelduif niet over; vergeet den hoop Uwer ellendigen niet in eeuwigheid.
20(73:20) Призри на завет Твой; ибо наполнились все мрачные места землижилищами насилия.
20Aanschouw het verbond; want de duistere plaatsen des lands zijn vol woningen van geweld.
21(73:21) Да не возвратится угнетенный посрамленным; нищий и убогий давосхвалят имя Твое.
21Laat den verdrukte niet beschaamd wederkeren; laat den ellendige en nooddruftige Uw Naam prijzen.
22(73:22) Восстань, Боже, защити дело Твое, вспомнивседневное поношение Твое от безумного;
22Sta op, o God! twist Uw twistzaak; gedenk der smaadheid, die U van den dwaze wedervaart den gansen dag.
23(73:23) не забудь крика врагов Твоих; шум восстающих против Тебя непрестанно поднимается.
23Vergeet niet het geroep Uwer wederpartijders; het getier dergenen, die tegen U opstaan, klimt geduriglijk op.