World English Bible

Dutch Staten Vertaling

Psalms

131

1Yahweh, my heart isn’t haughty, nor my eyes lofty; nor do I concern myself with great matters, or things too wonderful for me.
1Een lied Hammaaloth, van David. O HEERE! mijn hart is niet verheven, en mijn ogen zijn niet hoog; ook heb ik niet gewandeld in dingen mij te groot en te wonderlijk.
2Surely I have stilled and quieted my soul, like a weaned child with his mother, like a weaned child is my soul within me.
2Zo ik mijn ziel niet heb gezet en stil gehouden, gelijk een gespeend kind bij zijn moeder! Mijn ziel is als een gespeend kind in mij.
3Israel, hope in Yahweh, from this time forth and forevermore.
3Israel hope op den HEERE van nu aan tot in der eeuwigheid.