1羅波安繼位(王上12:1~5)羅波安到示劍去,因為全體以色列人都去了示劍,要立他作王。
1En Rehabeam toog naar Sichem; want het ganse Israel was te Sichem gekomen, om hem koning te maken.
2那時,尼八的兒子耶羅波安,因為逃避所羅門王,住在埃及;他一聽見這事,就從埃及回來。
2Het geschiedde nu, als Jerobeam, de zoon van Nebat, dat hoorde (dezelve nu was in Egypte, alwaar hij van het aangezicht van den koning Salomo gevloden was), dat Jerobeam uit Egypte weerkeerde;
3他們派人去叫耶羅波安回來;他就和全體以色列人來見羅波安,對他說:
3Want zij zonden henen, en lieten hem roepen; zo kwam Jerobeam met het ganse Israel, en zij spraken tot Rehabeam, zeggende:
4“你父親使我們所負的軛甚重,現在求你減輕你父親加在我們身上的勞役和重軛,我們就服事你。”
4Uw vader heeft ons juk hard gemaakt, nu dan, maak gij uws vaders harden dienst, en zijn zwaar juk, dat hij ons opgelegd heeft, lichter, en wij zullen u dienen.
5羅波安對他們說:“三天以後你們再來見我吧!”眾人就離去了。
5En hij zeide tot hen: Komt over drie dagen weder tot mij. En het volk ging heen.
6不採納老年人的意見(王上12:6~7)羅波安王和一些在他父親所羅門在世的時候,侍立在所羅門面前的老人商議,說:“你們有甚麼提議,我好回覆這班民眾呢?”
6En de koning Rehabeam hield raad met de oudsten, die gestaan hadden voor het aangezicht van zijn vader Salomo, als hij leefde, zeggende: Hoe raadt gijlieden, dat men dit volk antwoorden zal?
7他們對他說:“如果王善待人民,使他們喜悅,對他們說好話,他們就必永遠作你的僕人。”
7En zij spraken tot hem, zeggende: Indien gij dit volk goedertieren en jegens hen goedwillig wezen zult, en tot hen goede woorden spreken, zo zullen zij te allen dage uw knechten zijn.
8聽從少年人的計謀(王上12:8~15)王不接受這些老人的意見,卻去和那些同他一起長大,侍立在他面前的年輕人商議,
8Maar hij verliet den raad der oudsten, dien zij hem geraden hadden; en hij hield raad met de jongelingen, die met hem opgewassen waren, die voor zijn aangezicht stonden.
9問他們:“這人民對我說:求你減輕你父親加在我們身上的重軛吧。你們有甚麼提議,我好回覆他們呢?”
9En hij zeide tot hen: Wat raadt gijlieden, dat wij dit volk antwoorden zullen, die tot mij gesproken hebben, zeggende: Maak het juk, dat uw vader ons opgelegd heeft, lichter?
10那些同他一起長大的年輕人對他說:“這人民對王說:‘你父親使我們所負的軛甚重,現在求你減輕些吧。’王要這樣對他們說:‘我的小拇指比我父親的腰還粗呢。
10En de jongelingen die met hem opgewassen waren, spraken tot hem, zeggende: Alzo zult gij zeggen tot dat volk, die tot u gesproken heeft, zeggende: Uw vader heeft ons juk zwaar gemaakt, maar maak gij het over ons lichter; alzo zult gij tot hen spreken: Mijn kleinste vinger zal dikker zijn dan mijns vaders lenden.
11我父親把重軛加在你們身上,我必使你們負更重的軛;我父親用鞭打你們,我卻要用蠍子鞭責打你們。’”
11Indien nu mijn vader een zwaar juk op u heeft doen laden, zo zal ik boven uw juk nog daartoe doen; mijn vader heeft u met geselen gekastijd, maar ik zal u met schorpioenen kastijden.
12耶羅波安和全體人民都遵照羅波安王所說“你們第三天再來見我”的話,第三天來見羅波安。
12Zo kwam Jerobeam en al het volk tot Rehabeam, op den derden dag, gelijk als de koning gesproken had, zeggende: Komt weder tot mij op den derden dag.
13羅波安王很嚴厲地回答他們。羅波安王不接受老人的意見,
13En de koning antwoordde hun hardelijk; want de koning Rehabeam verliet den raad der oudsten.
14卻照著年輕人的主意對他們說:“我父親使你們負重軛,我必使你們負更重的軛;我父親用鞭子責打你們,我卻要用蠍子鞭責打你們。”
14En hij sprak tot hen naar den raad der jongelingen, zeggende: Mijn vader heeft uw juk zwaar gemaakt, maar ik zal nog daarboven toedoen; mijn vader heeft u met geselen gekastijd, maar ik zal u met schorpioenen kastijden.
15王不聽從人民的要求,這事原是出於 神,為要實現耶和華藉著示羅人亞希雅對尼八的兒子耶羅波安所說的話。
15Alzo hoorde de koning naar het volk niet; want deze omwending was van God, opdat de HEERE Zijn woord bevestigde, hetwelk Hij door den dienst van Ahia, den Siloniet, gesproken had tot Jerobeam, den zoon van Nebat.
16以色列人背叛(王上12:16~20)以色列人見王不聽他們的要求,就對王說:“我們和大衛有甚麼關係呢?我們和耶西的兒子並不相干。以色列人哪,各回各家去吧,大衛啊,現在只顧你自己的家吧。”於是全體以色列人都回自己的家去了。
16Toen het ganse volk Israel zag, dat de koning naar hen niet hoorde, zo antwoordde het volk den koning, zeggende: Wat deel hebben wij aan David? Ja, geen erve hebben wij aan den zoon van Isai; een ieder naar uw tenten, o Israel! Voorzie nu uw huis, o David! Zo ging het ganse Israel naar zijn tenten.
17只有那些住在猶大眾城鎮的以色列人,羅波安仍然作他們的王。
17Doch aangaande de kinderen van Israel, die in de steden van Juda woonden, over die regeerde Rehabeam ook.
18羅波安王差派了監管苦工的哈多蘭到以色列人那裡去,以色列人就用石頭把他打死了。羅波安王急忙上車,逃回耶路撒冷去了。
18Toen zond de koning Rehabeam Hadoram, die over de schatting was; en de kinderen Israels stenigden hem met stenen, dat hij stierf; maar de koning Rehabeam verkloekte zich, om op een wagen te klimmen, dat hij naar Jeruzalem vluchtte.
19這樣,以色列人背叛了大衛家,直到今日。
19Alzo vielen de Israelieten van het huis van David af, tot op dezen dag.