1(109:1) Псалом Давида. Сказал Господь Господу моему: седи одесную Меня, доколе положу врагов Твоих в подножие ног Твоих.
1Een psalm van David. De HEERE heeft tot mijn Heere gesproken: Zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden gezet zal hebben tot een voetbank Uwer voeten.
2(109:2) Жезл силы Твоей пошлет Господь с Сиона: господствуй среди врагов Твоих.
2De HEERE zal de scepter Uwer sterkte zenden uit Sion, zeggende: Heers in het midden Uwer vijanden.
3(109:3) В день силы Твоей народ Твой готов во благолепии святыни; из чрева прежде денницы подобно росе рождение Твое.
3Uw volk zal zeer gewillig zijn op den dag Uwer heirkracht, in heilig sieraad; uit de baarmoeder des dageraads zal U de dauw Uwer jeugd zijn.
4(109:4) Клялся Господь и не раскается: Ты священник вовек по чину Мелхиседека.
4De HEERE heeft gezworen, en het zal Hem niet berouwen: Gij zijt Priester in eeuwigheid, naar de ordening van Melchizedek.
5(109:5) Господь одесную Тебя. Он в день гнева Своего поразит царей;
5De HEERE is aan Uw rechterhand; Hij zal koningen verslaan ten dage Zijns toorns.
6(109:6) совершит суд над народами, наполнит землю трупами, сокрушит голову в земле обширной.
6Hij zal recht doen onder de heidenen; Hij zal het vol dode lichamen maken; Hij zal verslaan dengene, die het hoofd is over een groot land.
7(109:7) Из потока на пути будет пить, и потому вознесет главу.
7Hij zal op den weg uit de beek drinken; daarom zal Hij het hoofd omhoog heffen.