Russian 1876

Dutch Staten Vertaling

Psalms

135

1(134:1) Аллилуия. Хвалите имя Господне, хвалите, рабы Господни,
1Hallelujah! Prijst den Naam des HEEREN, prijst Hem, gij knechten des HEEREN!
2(134:2) стоящие в доме Господнем, во дворах дома Бога нашего.
2Gij, die staat in het huis des HEEREN, in de voorhoven van het huis onzes Gods!
3(134:3) Хвалите Господа, ибо Господь благ; пойте имени Его, ибо это сладостно,
3Looft den HEERE, want de HEERE is goed; psalmzingt Zijn Naam, want Hij is liefelijk.
4(134:4) ибо Господь избрал Себе Иакова, Израиля в собственность Свою.
4Want de HEERE heeft Zich Jakob verkoren, Israel tot Zijn eigendom.
5(134:5) Я познал, что велик Господь, и Господь наш превыше всех богов.
5Want ik weet, dat de HEERE groot is, en dat onze Heere boven alle goden is.
6(134:6) Господь творит все, что хочет, на небесах и на земле, на морях и во всех безднах;
6Al wat den HEERE behaagt, doet Hij, in de hemelen, en op de aarde, in de zeeen en alle afgronden.
7(134:7) возводит облака от края земли, творит молнии при дожде, изводит ветер из хранилищ Своих.
7Hij doet dampen opklimmen van het einde der aarde; Hij maakt de bliksemen met den regen; Hij brengt den wind uit Zijn schatkameren voort.
8(134:8) Он поразил первенцев Египта, от человека до скота,
8Die de eerstgeborenen van Egypte sloeg, van den mens af tot het vee toe.
9(134:9) послал знамения и чудеса среди тебя, Египет, на фараона и навсех рабов его,
9Hij zond tekenen en wonderen in het midden van u, o Egypte! tegen Farao en tegen al zijn knechten.
10(134:10) поразил народы многие и истребил царей сильных:
10Die veel volken sloeg, en machtige koningen doodde;
11(134:11) Сигона, царя Аморрейского, и Ога, царя Васанского, и все царства Ханаанские;
11Sihon, den koning der Amorieten, en Og, den koning van Basan, en al de koninkrijken van Kanaan,
12(134:12) и отдал землю их в наследие, в наследие Израилю, народуСвоему.
12En Hij gaf hun land ten erve, ten erve aan Zijn volk Israel.
13(134:13) Господи! имя Твое вовек; Господи! память о Тебе в род и род.
13O HEERE! Uw Naam is in eeuwigheid; HEERE! Uw gedachtenis is van geslacht tot geslacht.
14(134:14) Ибо Господь будет судить народ Свой и над рабами Своими умилосердится.
14Want de HEERE zal Zijn volk richten, en het zal Hem berouwen over Zijn knechten.
15(134:15) Идолы язычников – серебро и золото, дело рук человеческих:
15De afgoden der heidenen zijn zilver en goud, een werk van mensenhanden.
16(134:16) есть у них уста, но не говорят; есть у них глаза, но не видят;
16Zij hebben een mond, maar spreken niet; zij hebben ogen, maar zien niet;
17(134:17) есть у них уши, но не слышат, и нет дыхания в устах их.
17Oren hebben zij, maar horen niet; ook is er geen adem in hun mond.
18(134:18) Подобны им будут делающие их и всякий, кто надеется на них.
18Dat die ze maken, hun gelijk worden, en al wie op hen vertrouwt.
19(134:19) Дом Израилев! благословите Господа. Дом Ааронов! благословите Господа.
19Gij huis Israels! looft den HEERE; gij huis Aarons! looft den HEERE.
20(134:20) Дом Левиин! благословите Господа. Боящиеся Господа! благословите Господа.
20Gij huis van Levi! looft den HEERE; gij die den HEERE vreest! looft den HEERE.
21(134:21) Благословен Господь от Сиона, живущий в Иерусалиме! Аллилуия!
21Geloofd zij de HEERE uit Sion, Die te Jeruzalem woont. Hallelujah!