1(47:1) Песнь. Псалом. Сынов Кореевых.(47-2) Велик Господь и всехвален во граде Бога нашего, на святой горе Его.
1Een lied, een psalm, voor de kinderen van Korach.
2(47:3) Прекрасная возвышенность, радость всей земли гора Сион; на северной стороне ее город великого Царя.
2De HEERE is groot en zeer te prijzen, in de stad onzes Gods, op den berg Zijner heiligheid.
3(47:4) Бог в жилищах его ведом, как заступник:
3Schoon van gelegenheid, een vreugde der ganse aarde is de berg Sion, aan de zijden van het noorden; de stad des groten Konings.
4(47:5) ибо вот, сошлись цари и прошли все мимо;
4God is in haar paleizen; Hij is er bekend voor een Hoog Vertrek.
5(47:6) увидели и изумились, смутились и обратились в бегство;
5Want ziet, de koningen waren vergaderd; zij waren te zamen doorgetogen.
6(47:7) страх объял их там и мука, как у женщин в родах;
6Gelijk zij het zagen, alzo waren zij verwonderd; zij werden verschrikt, zij haastten weg.
7(47:8) восточным ветром Ты сокрушил Фарсийские корабли.
7Beving greep hen aldaar aan, smart als van een barende vrouw.
8(47:9) Как слышали мы, так и увидели во граде Господа сил, во граде Бога нашего: Бог утвердит его на веки.
8Met een oostenwind verbreekt Gij de schepen van Tharsis.
9(47:10) Мы размышляли, Боже, о благости Твоей посреди храма Твоего.
9Gelijk wij gehoord hadden, alzo hebben wij gezien in de stad des HEEREN der heirscharen, in de stad onzes Gods; God zal haar bevestigen tot in eeuwigheid. Sela.
10(47:11) Как имя Твое, Боже, так и хвала Твоя до концов земли; десница Твоя полна правды.
10O God! wij gedenken Uwer weldadigheid, in het midden Uws tempels.
11(47:12) Да веселится гора Сион, да радуются дщери Иудейские ради судов Твоих, Господи .
11Gelijk Uw Naam is, o God! alzo is Uw roem tot aan de einden der aarde; Uw rechterhand is vol van gerechtigheid.
12(47:13) Пойдите вокруг Сиона и обойдите его, пересчитайте башни его;
12Laat de berg Sion blijde zijn; laat de dochteren van Juda zich verheugen, om Uwer oordelen wil.
13(47:14) обратите сердце ваше к укреплениям его, рассмотрите домы его,чтобы пересказать грядущему роду,
13Gaat rondom Sion, en omringt haar; telt haar torens;
14(47:15) ибо сей Бог есть Бог наш на веки и веки: Он будет вождем нашим до самой смерти.
14Zet uw hart op haar vesting; beschouwt onderscheidenlijk haar paleizen, opdat gij het aan het navolgende geslacht vertelt. [ (Psalms 48:15) Want deze God is onze God eeuwiglijk en altoos; Hij zal ons geleiden tot den dood toe. ]