¹(54:1) Начальнику хора. На струнных орудиях . Учение Давида. (54:2)Услышь, Боже, молитву мою и не скрывайся от моления моего;

¹Een onderwijzing van David, voor den opperzangmeester, op de Neginoth.

²(54:3) внемли мне и услышь меня; я стенаю в горести моей, и смущаюсь

²O God! neem mijn gebed ter oren, en verberg U niet voor mijn smeking.

³(54:4) от голоса врага, от притеснения нечестивого, ибо они возводят наменя беззаконие и в гневе враждуют против меня.

³Merk op mij, en verhoor mij; ik bedrijf misbaar in mijn klacht, en maak getier;

⁴(54:5) Сердце мое трепещет во мне, и смертные ужасы напали на меня;

⁴Om den roep des vijands, vanwege de beangstiging des goddelozen; want zij schuiven ongerechtigheid op mij, en in toorn haten zij mij.

⁵(54:6) страх и трепет нашел на меня, и ужас объял меня.

⁵Mijn hart smart in het binnenste van mij, en verschrikkingen des doods zijn op mij gevallen.

⁶(54:7) И я сказал: „кто дал бы мне крылья, как у голубя? я улетел бы и успокоился бы;

⁶Vrees en beving komt mij aan, en gruwen overdekt mij;

⁷(54:8) далеко удалился бы я, и оставался бы в пустыне;

⁷Zodat ik zeg: Och, dat mij iemand vleugelen, als ener duive, gave! ik zou henenvliegen, waar ik blijven mocht.

⁸(54:9) поспешил бы укрыться от вихря, от бури".

⁸Ziet, ik zou ver wegzwerven, ik zou vernachten in de woestijn. Sela.

⁹(54:10) Расстрой, Господи, и раздели языки их, ибо я вижу насилие и распри в городе;

⁹Ik zou haasten, dat ik ontkwame, van den drijvenden wind, van den storm.

¹⁰(54:11) днем и ночью ходят они кругом по стенам его; злодеяния и бедствие посреди его;

¹⁰Verslind hen, HEERE! deel hun tong; want ik zie wrevel en twist in de stad.

¹¹(54:12) посреди его пагуба; обман и коварство не сходят с улиц его:

¹¹Dag en nacht omringen zij haar op haar muren; en ongerechtigheid en overlast is binnen in haar.

¹²(54:13) ибо не враг поносит меня, – это я перенес бы; не ненавистник мой величается надо мною, - от него я укрылся бы;

¹²Enkel verderving is binnen in haar; en list en bedrog wijkt niet van haar straat.

¹³(54:14) но ты, который был для меня то же, что я, друг мой и близкий мой,

¹³Want het is geen vijand, die mij hoont, anders zou ik het hebben gedragen; het is mijn hater niet, die zich tegen mij groot maakt, anders zou ik mij voor hem verborgen hebben.

¹⁴(54:15) с которым мы разделяли искренние беседы и ходили вместе в дом Божий.

¹⁴Maar gij zijt het, o mens, als van mijn waardigheid, mijn leidsman en mijn bekende!

¹⁵(54:16) Да найдет на них смерть; да сойдут они живыми в ад, ибо злодейство в жилищах их, посреди их.

¹⁵Wij, die te zamen in zoetigheid heimelijk raadpleegden; wij wandelden in gezelschap ten huize Gods.

¹⁶(54:17) Я же воззову к Богу, и Господь спасет меня.

¹⁶Dat hun de dood als een schuldeiser overvalle, dat zij als levend ter helle nederdalen; want boosheden zijn in hun woning, in het binnenste van hen.

¹⁷(54:18) Вечером и утром и в полдень буду умолять и вопиять, и Он услышит голос мой,

¹⁷Mij aangaande, ik zal tot God roepen, en de HEERE zal mij verlossen.

¹⁸(54:19) избавит в мире душу мою от восстающих на меня, ибо их много у меня;

¹⁸Des avonds, en des morgens, en des middags zal ik klagen en getier maken; en Hij zal mijn stem horen.

¹⁹(54:20) услышит Бог, и смирит их от века Живущий,потому что нет в них перемены; они не боятся Бога,

¹⁹Hij heeft mijn ziel in vrede verlost van den strijd tegen mij; want met menigte zijn zij tegen mij geweest.

²⁰(54:21) простерли руки свои на тех, которые с ними в мире, нарушили союз свой;

²⁰God zal horen, en zal hen plagen, als die van ouds zit, Sela; dewijl bij hen gans geen verandering is, en zij God niet vrezen.

²¹(54:22) уста их мягче масла, а в сердце их вражда; слова их нежнее елея, но они суть обнаженные мечи.

²¹Hij slaat zijn handen aan degenen, die vrede met Hem hadden; hij ontheiligt Zijn verbond.

²²(54:23) Возложи на Господа заботы твои, и Он поддержит тебя. Никогдане даст Он поколебаться праведнику.

²²Zijn mond is gladder dan boter, maar zijn hart is krijg; zijn woorden zijn zachter dan olie, maar dezelve zijn blote zwaarden.

²³(54:24) Ты, Боже, низведешь их в ров погибели; кровожадные и коварные не доживут и до половины дней своих. Ая на Тебя, Господи , уповаю.

²³Werp uw zorg op den HEERE, en Hij zal u onderhouden; Hij zal in eeuwigheid niet toelaten, dat de rechtvaardige wankele. [ (Psalms 55:24) Maar Gij, o God! zult die doen nederdalen in den put des verderfs; de mannen des bloeds en bedrogs zullen hun dagen niet ter helft brengen; ik, daarentegen, zal op U vertrouwen. ]