¹(57:1) Начальнику хора. Не погуби. Писание Давида. (57:2) Подлинно ли правду говорите вы, судьи, и справедливо судите, сыны человеческие?

¹Een gouden kleinood van David, voor den opperzangmeester, Altascheth.

²(57:3) Беззаконие составляете в сердце, кладете на весы злодеяния рук ваших на земле.

²Spreekt gijlieden waarlijk gerechtigheid, gij, vergadering? Oordeelt gij billijkheden, gij, mensenkinderen?

³(57:4) С самого рождения отступили нечестивые, от утробы матери заблуждаются, говоря ложь.

³Ja, gij werkt ongerechtigheden in het hart; gij weegt het geweld uwer handen op de aarde.

⁴(57:5) Яд у них – как яд змеи, как глухого аспида, который затыкает уши свои

⁴De goddelozen zijn vervreemd van de baarmoeder aan; de leugensprekers dolen van moeders buik aan.

⁵(57:6) и не слышит голоса заклинателя, самого искусного в заклинаниях.

⁵Zij hebben vurig venijn, naar gelijkheid van vurig slangenvenijn; zij zijn als een dove adder, die haar oren toestopt;

⁶(57:7) Боже! сокруши зубы их в устах их; разбей, Господи, челюсти львов!

⁶Opdat zij niet hore naar de stem der belezers, desgenen, die ervaren is met bezweringen om te gaan.

⁷(57:8) Да исчезнут, как вода протекающая; когда напрягут стрелы, пусть они будут как переломленные.

⁷O God! verbreek hun tanden in hun mond; breek af de baktanden der jonge leeuwen, o HEERE!

⁸(57:9) Да исчезнут, как распускающаяся улитка; да не видят солнца, каквыкидыш женщины.

⁸Laat hen smelten als water, laat hen daarhenen drijven; legt hij zijn pijlen aan, laat hen zijn, alsof zij afgesneden waren.

⁹(57:10) Прежде нежели котлы ваши ощутят горящий терн, и свежее и обгоревшее да разнесет вихрь.

⁹Laat hem henengaan, als een smeltende slak; laat hen, als ener vrouwe misdracht, de zon niet aanschouwen.

¹⁰(57:11) Возрадуется праведник, когда увидит отмщение; омоет стопы свои в крови нечестивого.

¹⁰Eer dan uw potten den doornstruik gewaar worden, zal Hij hem als levend, als in heten toorn wegstormen.

¹¹(57:12) И скажет человек: „подлинно есть плод праведнику! итак есть Бог, судящий на земле!"

¹¹De rechtvaardige zal zich verblijden, als hij de wraak aanschouwt; hij zal zijn voeten wassen in het bloed des goddelozen. [ (Psalms 58:12) En de mens zal zeggen: Immers is er vrucht voor den rechtvaardige; immers is er een God, Die op de aarde richt. ]