1(32:1) Радуйтесь, праведные, о Господе: правым прилично славословить.
1Gij rechtvaardigen! zingt vrolijk in den HEERE; lof betaamt den oprechten.
2(32:2) Славьте Господа на гуслях, пойте Ему на десятиструнной псалтири;
2Looft den HEERE met de harp; psalmzingt Hem met de luit, en het tiensnarig instrument.
3(32:3) пойте Ему новую песнь; пойте Ему стройно, свосклицанием,
3Zingt Hem een nieuw lied; speelt wel met vrolijk geschal.
4(32:4) ибо слово Господне право и все дела Его верны.
4Want des HEEREN woord is recht, en al Zijn werk getrouw.
5(32:5) Он любит правду и суд; милости Господней полна земля.
5Hij heeft gerechtigheid en gericht lief; de aarde is vol van de goedertierenheid des HEEREN.
6(32:6) Словом Господа сотворены небеса, и духом уст Его – все воинство их:
6Door het Woord des HEEREN zijn de hemelen gemaakt, en door den Geest Zijns monds al hun heir.
7(32:7) Он собрал, будто груды, морские воды, положил бездны в хранилищах.
7Hij vergadert de wateren der zee als op een hoop; Hij stelt den afgronden schatkameren.
8(32:8) Да боится Господа вся земля; да трепещут пред Ним все живущие во вселенной,
8Laat de ganse aarde voor den HEERE vrezen; laat alle inwoners van de wereld voor Hem schrikken.
9(32:9) ибо Он сказал, – и сделалось; Он повелел, – и явилось.
9Want Hij spreekt, en het is er; Hij gebiedt, en het staat er.
10(32:10) Господь разрушает советы язычников, уничтожает замыслы народов.
10De HEERE vernietigt den raad der heidenen; Hij breekt de gedachten der volken.
11(32:11) Совет же Господень стоит вовек; помышления сердца Его – в род и род.
11Maar de raad des HEEREN bestaat in eeuwigheid, de gedachten Zijns harten van geslacht tot geslacht.
12(32:12) Блажен народ, у которого Господь есть Бог, - племя, которое Он избрал в наследие Себе.
12Welgelukzalig is het volk, welks God de HEERE is; het volk, dat Hij Zich ten erve verkoren heeft.
13(32:13) С небес призирает Господь, видит всех сынов человеческих;
13De HEERE schouwt uit den hemel, en ziet alle mensenkinderen.
14(32:14) с престола, на котором восседает, Он призирает на всех, живущих на земле:
14Hij ziet uit van Zijn vaste woonplaats op alle inwoners der aarde.
15(32:15) Он создал сердца всех их и вникает во все дела их.
15Hij formeert hun aller hart; Hij let op al hun werken.
16(32:16) Не спасется царь множеством воинства; исполина не защитит великая сила.
16Een koning wordt niet behouden door een groot heir; een held wordt niet gered door grote kracht;
17(32:17) Ненадежен конь для спасения, не избавит великою силою своею.
17Het paard feilt ter overwinning, en bevrijdt niet door zijn grote sterkte.
18(32:18) Вот, око Господне над боящимися Его и уповающими на милость Его,
18Ziet, des HEEREN oog is over degenen, die Hem vrezen, op degenen, die op Zijn goedertierenheid hopen.
19(32:19) что Он душу их спасет от смерти и во время голода пропитаетих.
19Om hun ziel van den dood te redden, en om hen bij het leven te houden in den honger.
20(32:20) Душа наша уповает на Господа: Он – помощь наша и защита наша;
20Onze ziel verbeidt den HEERE: Hij is onze Hulp en ons Schild.
21(32:21) о Нем веселится сердце наше, ибо на святое имя Его мы уповали.
21Want ons hart is in Hem verblijd, omdat wij op den Naam Zijner heiligheid vertrouwen.
22(32:22) Да будет милость Твоя, Господи, над нами, как мы уповаем на Тебя.
22Uw goedertierenheid, HEERE! zij over ons; gelijk als wij op U hopen.